Syrië “nam vermogen van zakenelite in beslag” in Sheraton hotel
Damascus legde beslag op fondsen, georkestreerd door de geheime economische raad van Asma al-Assad, in een beweging die verwant is aan de Saudische Ritz-Carlton zuivering, volgens de FT.
De Syrische regering heeft leden van de zakelijke elite van het land ontboden in het Sheraton hotel in Damascus en hen bedreigd met arrestatie als ze niet betalen aan de staatskas, in een beweging die verwant is aan de Saoedische zuivering in het Ritz-Carlton in Riyad, meldde de Financial Times op zondag.

De afpersing begon in september 2019, toen tientallen Syrische zakenlieden naar verluidt naar het Sheraton werden gebracht.
Daar kregen ze te horen dat ze Amerikaanse dollars moesten storten bij de centrale bank om de Syrische lira te helpen stabiliseren, anders zouden ze niet worden vrijgelaten.
De methode sluit aan bij een soortgelijke actie van de regering van Saudi-Arabië, die in november 2017 300 prinsen, publieke figuren en zakenlieden viseerde door hen wekenlang incommunicado vast te houden in het Ritz-Carlton hotel in Riyad. Sommige arrestanten werden gemarteld in het luxe hotel, en de Saoedische autoriteiten zeiden later dat er ongeveer 100 miljard dollar werd overhandigd.
De Saudische kroonprins Mohammed bin Salman rechtvaardigde zijn zuivering als een “anti-corruptie” maatregel om het koninkrijk te ontdoen van endemische diefstal.
Volgens de FT was het Sheraton incident slechts één voorbeeld van Syrische autoriteiten die rijke zakenlieden dwingen hen geld te geven.
Een prominente zakenman vertelde de Britse krant dat Syrische veiligheidstroepen hem vorig jaar in de straten van Damascus aanhielden en hem in eenzame opsluiting plaatsten. Vervolgens werd hem verteld dat hij een grote som geld moest betalen op basis van zijn geschatte rijkdom, of voor onbepaalde tijd gevangen moest blijven.
Het rapport citeert verschillende zakenmensen en analisten, die zeggen dat de “maffia-achtige” inbeslagnames vaak onder juridische voorwendsels plaatsvinden, waarbij door de regering gesteunde accountants naar bedrijven worden gestuurd om overtredingen vast te stellen en boetes op te leggen. Het ging daarbij onder meer om valutaovertredingen bij invoer of nieuwe belastingregels die met terugwerkende kracht werden toegepast.
Verschillende van de zakenlieden die in beslag werden genomen, waren aanhangers van president Bashar al-Assad en hebben de regering gesteund tijdens de voortdurende burgeroorlog.
De details waarover de FT berichtte, maakten deel uit van een verhaal over de groeiende invloed van Asma al-Assad, de vrouw van de president.
Daarin stond dat Asma, een ex-JP Morgan bankier, aan het hoofd staat van de geheimzinnige economische raad van het presidentieel paleis, die vermoedelijk achter de inbeslagname van activa door de regering zit.
Volgens het rapport heeft het presidentieel paleis naaste medewerkers van Bashar en Asma al-Assad gepromoveerd die hebben geprofiteerd van de decennialange burgeroorlog, maar die geen deel uitmaken van de traditionele elite die trouw is aan Bashars vader en voormalig president Hafez al-Assad.
Deze nieuwe cohort heeft de staat geholpen bij het creëren van illegale inkomstenstromen, die volgens de FT vooral in handen zijn van de jongere broer van de president, Maher al-Assad, zoals oliesmokkel, wapenhandel en de verkoop van de illegale amfetamine Captagon.
De Syrische economie balanceert op de rand van de afgrond. Volgens de VN leeft 90 procent van het land in armoede. Stroomonderbrekingen tot 20 uur per dag zijn gebruikelijk in de hoofdstad, terwijl de Syrische munt is verwoest door hyperinflatie.
De VN schat dat in 2023 15,3 miljoen Syriërs humanitaire hulp nodig zullen hebben.