Uit gegevens blijkt dat Israëlische autoriteiten in minder dan 10 procent van de gevallen van kolonistengeweld op de Westelijke Jordaanoever een aanklacht indienen.
Israëlische troepen zeiden woensdag zes mensen te hebben gearresteerd nadat honderden kolonisten zondag door de bezette stad Huwwara op de Westelijke Jordaanoever waren getrokken.
Een woordvoerder van de Israëlische politie zei dat de zes, waaronder twee minderjarigen, waren gearresteerd wegens vermeende betrokkenheid bij “rellen, het in brand steken van voertuigen en gebouwen, het aanvallen van Palestijnen en het veroorzaken van schade aan eigendommen in Huwwara”.
Acht mensen waren gearresteerd na de rellen, maar werden later vrijgelaten, waarvan drie met huisarrest, aldus Israëlische functionarissen.
Het gewelddadige optreden van kolonisten in het weekend is beschreven als ongekend. Honderden Israëlische kolonisten, geflankeerd door soldaten, vielen zondag Palestijnse steden en dorpen in de buurt van Nablus aan, na een schietpartij waarbij eerder op de dag twee Israëli’s in de stad Huwwara werden gedood.
Bij het geweld van de menigte werd een Palestijn gedood en waren er bijna 400 gewonden en werden tientallen huizen en auto’s verbrand of vernield.
Het Israëlische leger is bekritiseerd omdat het het geweld niet heeft voorkomen, ondanks het feit dat kolonisten publiekelijk hadden aangekondigd dat zij van plan waren wraakacties uit te voeren voordat zij tekeer gingen.
VN-deskundigen en mensenrechtengroeperingen hebben de Israëlische staat er al eerder van beschuldigd medeplichtig te zijn aan aanvallen van kolonisten tegen Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever.
Het geweld van kolonisten vertoont sinds 2016 een jaar-op-jaar stijgende trend, aldus de VN.
Bijna 700.000 kolonisten wonen in meer dan 250 nederzettingen en buitenposten verspreid over de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jeruzalem in strijd met het internationaal recht.
Er waren ten minste 849 aanvallen van kolonisten tegen Palestijnen in 2022, waarvan ten minste 228 tot slachtoffers leidden, blijkt uit gegevens van de VN. Ter vergelijking: in 2021 werden 496 aanvallen geregistreerd en in 2020 358.
Volgens de Israëlische rechtengroep Yesh Din eindigde 91 procent van de onderzoeken tussen 2014 en 2020 naar aanvallen van kolonisten zonder aanklacht.
Ondertussen beschuldigen Palestijnse burgers van Israël die de afgelopen maanden zware straffen kregen opgelegd wegens rellen, de staat ervan hen “onrechtvaardig en onevenredig” te behandelen.
De politie hield meer dan 2.150 mensen aan in de nasleep van de rellen van 20 mei 2021, toen de Israëlische bombardementen op Gaza en schendingen in Jeruzalem leidden tot het uitbreken van geweld en protesten in verschillende gemengd Joods-Arabische steden.
Hoewel Joodse Israëli’s tijdens de rellen veel van de brutaalste misdaden pleegden, werden Palestijnse burgers onevenredig vaak uitgekozen.
Ongeveer 91 procent van de arrestanten waren Palestijnse burgers van Israël. Velen zijn veroordeeld tot lange gevangenisstraffen – tot 10 jaar – op beschuldiging van rellen.
Ondertussen is niemand aangeklaagd voor de moord op Moussa Hassouna, een Palestijnse inwoner van Lydd (Lod in het Hebreeuws) die tijdens de rellen van mei 2021 door vier Israëli’s werd doodgeschoten. De politie sloot het onderzoek naar zijn dood af met de mededeling dat de verdachten het vuur openden uit “zelfverdediging”.