Rechtenorganisaties en de VN zeggen dat Syrië niet veilig is om naar terug te keren, maar de overdrachten worden volgende week hervat . President
Michel Aounvan Libanon kondigde woensdag aan dat het land eind volgende week zal beginnen met het terugsturen van Syrische vluchtelingen naar huis, ook al hebben rechtenorganisaties en de Verenigde Naties Syrië onveilig geacht om naar terug te keren.

“Vanaf volgende week zullen we Syriërs in batches naar hun thuisland zien terugkeren”, zei het Libanese presidentschap woensdag in een Twitterbericht, zonder verdere details te geven.
Abbas Ibrahim, het hoofd van Libanon’s General Security Agency dat verantwoordelijk is voor de grenzen van het land, zei dat de terugkeer vrijwillig zou zijn en gebaseerd op een mechanisme dat voor het eerst in 2018 werd gebruikt.
Hij voegde eraan toe dat het plan was gepauzeerd vanwege de Covid-19 pandemie. “General Security zal het terugkeerplan weer oppakken voor Syrische vluchtelingen die terug willen”, zei Ibrahim tegen Reuters. Alleen degenen die zich vrijwillig hebben aangemeld bij het Libanese agentschap Algemene Veiligheid, in samenwerking met het ministerie van Sociale Zaken van het land, zullen terugkeren, aldus een officiële bron aan het persbureau. Vluchtelingen zouden niet gedwongen worden te vertrekken.
De Libanese minister voor ontheemden, Issam Charafeddine, kondigde in juli een plan aan om zo’n 15.000 vluchtelingen per maand naar Syrië terug te sturen, waarbij hij aangaf dat Syrië na meer dan tien jaar oorlog grotendeels veilig was geworden.
De Verenigde Naties, die van mening zijn dat de omstandigheden in Syrië geen grootschalige terugkeer van vluchtelingen toelaten, zouden niet bij het plan betrokken zijn.
Het Libanese kantoor van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR zei dat het “geen grootschalige vrijwillige repatriëring van vluchtelingen naar Syrië faciliteert of bevordert”.
Bij eerdere terugkeerrondes heeft de UNHCR een beschermende rol gespeeld door advies te geven en aanwezig te zijn bij vertrekpunten. De in New York gevestigde belangenorganisatie Human Rights Watch (HRW) zei in juli dat, in tegenstelling tot de aangekondigde plannen van Charafeddine, “Syrië allesbehalve veilig is voor repatrianten”.
“Syrische vluchtelingen die tussen 2017 en 2021 terugkeerden uit Libanon en Jordanië werden geconfronteerd met ernstige mensenrechtenschendingen en vervolging door de Syrische regering en gelieerde milities”, aldus Lama Fakih, directeur van de afdeling Midden-Oosten van HRW.