
Het Turkse leger lanceerde laat op zondagavond luchtaanvallen op Koerdische rebellen-bases in Noord-Irak, aldus het ministerie van Defensie.
‘Operatie Claw-Eagle is begonnen. Onze vliegtuigen verpletteren de grotten van terroristen’, twitterde het ministerie.
De luchtaanvallen waren gericht op de bases van de Koerdische Arbeiderspartij (PKK) in Noord-Irak, waaronder in Qandil, Sinjar en Hakurk, voegde het eraan toe.
De PKK, die sinds 1984 een opstand tegen de staat heeft gevoerd, is door Ankara en haar westerse bondgenoten als terroristische groep verboden. De groep heeft bases in het noorden van Irak, zei AFP.
MEE meldde vorige maand dat de vrees groeide voor een confrontatie tussen Koerdische facties in Noord-Irak, terwijl de spanningen tussen de Iraakse Koerdische Regionale Regering (KRG) en de PKK over de controle over een strategisch gebied bleven toenemen. Deze spanningen leidde tot suggesties dat een gezamenlijke KRG-Turkije operatie om de PKK uit de regio te verdrijven in de maak zou zijn.
Hoewel de PKK al lang in het Qandil-gebergte in Noord-Irak is gevestigd, waar ze hun decennia-lange guerrilla-oorlog met Turkije uitvechten, is de Koerdische Democratische Partij (KDP) – die de scepter zwaait in de KRG – bezorgd dat de aanwezigheid van de groep in de regio zowel haar stabiliteit als haar betrekkingen met de Turkse regering in gevaar kunnen brengen.
Op 20 april zei de president van de KRG, Nechirvan Barzani, een lid van de KDP, dat de aanwezigheid van de PKK in de Koerdische regio niet “legitiem” was.
Het Turkse leger lanceert regelmatig invallen tegen de PKK in Noord-Irak en in het zuidoosten van Turkije.
Afgelopen meilanceerde Turkije een militaire operatie tegen de PKK in Irak, genaamd “Operation Claw”, die artilleriegranaten afvuurde, luchtaanvallen lanceerde en commando’s in de noordelijke regio Hakurk in Irak stationeerde.